Nieuws

Leegstand van bedrijfspanden: 2 soorten heffingen

In Vlaanderen is leegstand van bedrijfspanden een probleem dat aangepakt wordt met hoge en specifieke heffingen. Deze blog, de tweede in onze mini-reeks over leegstand, richt zich op de heffing die van toepassing is op leegstaande bedrijfsruimten. Laten we eens kijken hoe deze heffing werkt en wat de belangrijkste kenmerken zijn.

Leegstandsheffing voor bedrijfsruimten

De leegstandsheffing bij bedrijfsruimten is ingevoerd om leegstand en verwaarlozing tegen te gaan. Een bedrijfsruimte wordt als leegstaand beschouwd wanneer meer dan 50% van de totale vloeroppervlakte niet effectief benut wordt. Het gebruik moet rationeel zijn; het volzetten van de ruimte met ongebruikte objecten telt niet mee.

Wanneer een bedrijfsruimte in de inventaris van leegstaande en/of verwaarloosde bedrijfsruimten wordt opgenomen en daar drie opeenvolgende jaren blijft staan, is de eigenaar verplicht een leegstandsheffing te betalen. Deze heffing wordt berekend op basis van het geïndexeerd kadastraal inkomen (K.I.), waarbij het tarief en eventuele vrijstellingen door het gewest worden vastgesteld.

Gemeentelijke registers en inventarisatie

Elke gemeente houdt een lijst bij van leegstaande en/of verwaarloosde bedrijfsruimten binnen haar grondgebied. Het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed beoordeelt of een bedrijfsruimte daadwerkelijk in de inventaris wordt opgenomen. De registratie kan alleen beëindigd worden bij het beëindigen van de leegstand of verwaarlozing, of in geval van een onteigeningsbeslissing.

Voor eigenaars van leegstaande bedrijfsruimten is het cruciaal om te weten dat er geen voorkooprecht geldt op deze panden, in tegenstelling tot woningen. Dit betekent dat de overheid minder mogelijkheden heeft om deze panden direct over te nemen voor herontwikkeling.

Financiële ondersteuning en heffingen

De opbrengsten van de leegstandsheffing worden geïnvesteerd in het Vernieuwingsfonds, dat financiële steun biedt voor projecten die leegstaande sites nieuw leven inblazen. Nieuwe eigenaars kunnen een premie krijgen voor saneringswerkzaamheden zoals sloop- en ontmantelingswerken, en ze kunnen tot vijf jaar vrijstelling van onroerende voorheffing krijgen als ze de leegstaande bedrijfsruimte vervangen door nieuwe woningen of bedrijfsruimten.

Juridische gevolgen en saneringen

De juridische gevolgen van leegstand zijn aanzienlijk. Als een bedrijfsruimte minstens drie jaar in de inventaris staat, moet de eigenaar een jaarlijkse leegstandsheffing betalen. Leegstand kan ook leiden tot verwaarlozing, waarbij gebouwen aanzienlijke gebreken vertonen aan essentiële onderdelen zoals buitenmuren, daken en trappen. Gemeenten hebben de bevoegdheid om bestemmingsplannen te gebruiken om de bestemming van een leegstaande bedrijfsruimte te wijzigen, bijvoorbeeld naar woonruimte of detailhandel, om verwaarlozing en verval tegen te gaan.

Nieuwe eigenaars die bereid zijn om leegstaande bedrijfsruimten te saneren, kunnen financiële steun ontvangen. Naast premies voor saneringswerkzaamheden kunnen ze ook in aanmerking komen voor een vrijstelling van de onroerende voorheffing, wat een aanzienlijke financiële verlichting kan bieden bij het revitaliseren van verwaarloosde panden.

Door deze maatregelen hoopt de Vlaamse overheid de leegstand van bedrijfspanden effectief te bestrijden en een duurzame herontwikkeling van deze panden te stimuleren. Meer informatie over de specifieke voorwaarden en heffingen kunt u vinden op de website van de Vlaamse Overheid. Blijf onze mini-reeks volgen voor meer inzicht in de problematiek en oplossingen rondom leegstand.

Lees ook de eerste blog van deze reeks.